De beschrijving van de erepenning van Naarden 1814

De erepenning van Naarden is ingesteld door de Hoofdcommissie ter aanmoediging en ondersteuning van de gewapende dienst in de Nederlanden te Amsterdam. Op 15 maart 1816 werd deze erepenning uitgereikt aan de Nationale Garde en de vrijwilligers die hadden deelgenomen aan het beleg en de verovering van Naarden op de Franse bezetter. Deze erepenning staat ook wel bekend als Naarden's Eerepenning of de Beloningspenning van Naarden. De erepenning van Naarden is een ronde medaille met een middellijn van 35 millimeter. De voorzijde vertoont de tekst: "BELEG VAN NAARDEN 1814" binnen olijf- en palmkrans. In het midden onder de strik van olijf- en palmkrans bevindt zich de signering H. de Heus F.

De keerzijde heeft de tekst: "HULDE VAN DE HOOFDCOMMISSIE TE AMSTERDAM AAN", waarna ruimte is opengelaten voor het ingraveren van de naam van de ontvanger. Deze gehele tekst bevindt zich binnen een eiken loofkrans.

De medaille werd vervaardigd bij de Metaalgieterij van de heren De Heus en Zoon en is van oorsprong een legpenning. Door verschillende personen is in der tijd deze legpenning draagbaar gemaakt middels het boren van een gat aan de bovenkant van de Beloningspenning waardoor middels 2 ringen de Beloningspenning aan een lint kon worden gedragen. Een andere methode om deze Beloningspenning draagbaar te maken is deze te voorzien van een knop met ring. Aan deze ring kan dan vervolgens een lint van 33 millimeter breed worden bevestigd. Dit lint is wit met aan weerszijden een rode en zwarte baan, de rode banen altijd aan de buitenzijde. Aan de uiterste buitenkant zit nog net een baan van 1,5 millimeter wit. 

3 Exemplaren in zilver waarbij duidelijk de verschillen v.w.b. ophanging zijn te zien. Het bovenste exemplaar is zonder ophangingmogelijkheden. Linksonder ophanging aan lint middels een knop en rechtsonder ophanging middels een gat in de penning.

Voorzijde en achterzijde van een origineel stukje lint voor de erepenning van Naarden 1814.

Exemplaar van de erepenning van Naarden 1814 gedragen aan een origineel lint in gekleurde banen rood-zwart-wit-zwart-rood. (Collectie NMM Soesterberg)

Toestemming om deze eremedaille op het militaire uniform te mogen dragen kwam bij Koninklijk besluit no. 66:

De erepenning van Naarden is vervaardigd in zowel brons als zilver. Mr. Jacob Dirks spreekt in zijn boekwerk "Beschrijvingen der Nederlandsche of op Nederland en Nederlanders betrekking hebbende penningen geslagen tusschen November 1813 en November 1863" zelfs van koperen exemplaren. (zie blz 39: in koper voor de remplaçanten). 

De beloningspenning in zilver werd toegekend aan officieren en minderen van het voormalige Nationale Garde van Amsterdam en Weesp, alsook aan de scherpschutters van het Korps Rooseboom en aan de Amsterdamse Burgerartillerie. De plaatsvervangers, ook wel remplaçanten genoemd, die zich gedurende het beleg door goed gedragen ijverige plichtsbetrachting hadden onderscheiden ontvingen de beloningspenning in brons. Dit liet bij veel plaatsvervangers te wensen over. De bronzen exemplaren zijn moeilijker te vinden dan de zilveren exemplaren. 

                                                       Voorbeeld van een zilveren en bronzen uitvoering van de
                                                  erepenning van Naarden 1814. Het zilveren exemplaar op naam
                                        van C. Oostendorp en het bronzen exemplaar op naam van C. van Offeren. 
                                            https://gen.declercq.free.fr/phaleristique/new%20pages/PAYS_BAS.htm


Naast de variatie in brons en zilver zijn er ook nog andere variaties bekend namelijk in de maatvoering:

  • Miniatuur in zilver 22 millimeter (variant met ophangoog gesoldeerd aan miniatuur en variant met knop en ring)
  • Miniatuur brons verzilverd 22 millimeter.
  • Miniatuur in zilver 16 millimeter.
  • Miniatuur in zilver 14 millimeter.
  • Miniatuur in zilver 12,5 millimeter.
  • Miniatuur in zilver 11,5 millimeter.
  • Miniatuur in brons 11 millimeter.

Enkele voorbeelden van miniatuur medailles van de erepenning Naarden 1814. De bovenste 2 exemplaren zijn de 22 mm exemplaren met verschil in ophanging, links haakse gemonteerde kleine ring met daardoor heen een ring voor het lint en recht een rechtstreeks gemonteerde ring op de miniatuur medaille voor het lint. De onderste exemplaren zijn respectievelijk 16 mm, 14 mm en 12,5 mm.

Bij de hierboven afgebeelde miniaturen vult de tekst "HULDE VAN DE HOOFDCOMMISSIE TE AMSTERDAM de keerzijde in zijn geheel en is er geen ruimte meer voor het ingraveren van de naam van de ontvanger, met uitzondering van de 16 mm miniatuur. Bij de 16 mm miniatuur erepenning is ook weer de tekst als op het grootmodel: "HULDE VAN DE HOOFDCOMMISSIE TE AMSTERDAM AAN". Naast bovenstaande miniaturen is er een variatie van miniaturen bekend met een schrijffout in de tekst op de keerzijde. De foute tekst op de keerzijde is: "HULDE VAN DE HOOFDCOMMISSIE ET AMSTERDAM" in plaats van "TE AMSTERDAM".

Naast de erepenning van Naarden 1814 ontvingen de gerechtigden ook een bijbehorende oorkonde met de onderstaande tekst. Onderstaande tekst is die van de oorkonde van de erepenning van Naarden 1814 voor personeel van de Nationale Garde van Amsterdam. Of andere eenheden dezelfde tekst hebben ontvangen, is mij niet bekend.

Van de erepenning van Naarden zijn een aantal varianten bekend. Zo zijn er exemplaren vervaardigd van ijzer, brons en ook een zilverkleurig materiaal. Waarom deze vervaardigd zijn is mij tot op heden niet bekend. Daarnaast is wel bekend dat er wijzigingen worden aangebracht op de erepenning van Naarden. Er is een erepenning van Naarden op naam van W.A.H. Lemstra. Deze naam komt in zijn geheel niet voor in de 901 bekende namen van ontvangers van de erepenning van Naarden. Uit nadere bestudering van deze penning heb ik de conclusie kunnen trekken dat deze penning voorzien is van een nieuwe naam. Uit gedetailleerde bestudering onder een vergrootglas blijkt dat de omgeving waar de naam behoort te zijn ingegraveerd is dieper is gevijld waarbij de originele naam is verwijderd. Deze penning is daarna voorzien van de een nieuwe naam: W.A.H. Lemstra. Er is duidelijk te zien dat dit gedeelte van de erepenning lager ligt dan de rest van de penning. Ook de schrijfwijze van de naam is anders vergeleken met die van overige erepenningen. Deze penning is verder wel origineel dus een echte verklaring hiervoor kan ik niet geven. 

                Exemplaar van de erespenning van Naarden 1814 
              voorzien van een nieuwe naam W.A.H. Lemstra